dinsdag 5 januari 2010

Tamboerijnen vormen een gevaar voor de veiligheid

Tien maanden geleden, in maart 2009, deed UNICEF een aanvraag om percussie-instrumenten, drums, gitaren en ouds (een in de Arabische wereld populair snaarinstrument) binnen te mogen brengen in Gaza. Die waren nodig voor een aantal muzikale jongerenprojecten. Vermits het Israëlisch leger beslist wat al dan niet binnen kan en om hen mild te stemmen tegenover de aanvraag werden de muzikale instrumenten geclassificeerd als humanitaire goederen.

Na het lange en vermoeiende bureaucratische proces dat standaard is voor het verkrijgen van een vergunning om humanitaire goederen binnen te brengen in Gaza, werden de instrumenten eindelijk op 4 juli, vijf maanden nadat de aanvraag was ingediend bij Israël, toegelaten. Internationale organisaties kunnen bepaalde goederen wel binnenkrijgen in Gaza, zo mag bijvoorbeeld leer- en schoolmateriaal enkel binnengebracht worden voor scholen die door de UNWRA (Hulporganisatie van de VN voor de Palestijnen) opengehouden worden.

De weinige muziekwinkels die bestaan in Gaza zijn, als gevolg van de beperkingen op de invoer van hun waren, door hun voorraden heen geraakt. Yehya Al-Jerou, de eigenaar van een bekende winkel gespecialiseerd in geluid en muziekinstrumenten in Gaza, importeerde tot in juni 2006 grote hoeveelheden goederen importeren uit Israël en de Westelijke Jordaanoever. Sindsdien is hij gedwongen om slechtere kwaliteit aan exorbitante prijzen via een Egyptische dealer en via de tunnels binnen te smokkelen. Particuliere klanten zijn, vermits ze geen of zeer weinig geld hebben, afgeschrikt door de hoge prijzen en zijn voornaamste activiteit is nu de verkoop aan instellingen en lokale organisaties die proberen muzikale programma’s op te zetten. Blijkbaar zijn, volgens Israël, deze activiteiten niet humanitair (genoeg) aangezien zij niet onder de auspiciën van een internationale organisatie opgezet worden.

Als tamboerijnen en andere muziekinstrumenten een gevaar voor de veiligheid vormen omdat zij "terroristische activiteiten" kunnen ondersteunen waarom krijgen internationale organisaties dan wel de toelating om ze in te voeren?

De inconsistentie, vaagheid en het gebrek aan transparantie dat het beleid van Israël karakteriseert in verband met de import van goederen in de Gazastrook is op zijn minst verwarrend te noemen.

Geen opmerkingen: