zondag 4 september 2005

Wikipedia: het meest sexy ding in de informatietechnologie

Van 4 tot 8 augustus, had in Frankfurt “Wikimania” plaats. De eerste globale samenkomst van de wikipedianen die collectief goed op weg zijn om hun doel te bereiken: vrije ‘online’ encyclopedieën in elke taal ter wereld.

Vrijwilligers hebben in vijf jaar tijd door collectief samenwerken, het gebruik van een innovatief nieuw hulpmiddel ’wiki’ en vrijwel zonder kosten, een van de grootste succesverhalen van het Web gecreëerd. Door ’wiki’ te gebruiken kan iedereen met een toegang tot het internet schrijven en publiceren op het internet.

Het succesverhaal Wikipedia heeft de laatste twee jaar een explosieve groei gekend en staat nu, volgens www.alexa.com (dé referentie in statistieken over het internet) met 13 miljoen bezoekers per dag bij de top vijftig van meest bezochte websites ter wereld.
Mocht het een commerciële onderneming zijn zou de site, volgens sommige ramingen, nu een waarde hebben van meer dan een half miljard dollar. Maar handelswaarde komt niet voor in de terminologie van wikipedia. In feite is het meest aanvaarde universele anathema binnen dit collectief eerder "vrij zoals in vrije mening - niet vrij zoals in vrij (gratis) bier".

Cunningham, de ontwikkelaar startte een decennium geleden met zijn eerste programma voor ‘bewerkbare webpagina’s’ en noemde het een ‘wiki’. Dit naar analogie met de Hawaiaanse term wikiwiki die ‘snel’ of ‘informeel’ betekent.
Jarenlang gebruikte Cunningham zijn eigen wiki als een hulpmiddel voor communicatie binnen een kleine gemeenschap van software-ontwikkelaars. Tot vijf jaar geleden Jimbo Wales, een internet-ondernemer, hem vroeg of zijn ‘wiki’ kon gebruikt worden om een vrije online encyclopedie te creëren. "Ja”, antwoordde Cunningham, "maar dan zal het geen encyclopedie zijn. Het zal een wiki zijn". Het bleek uiteindelijk allebei te zijn. Onbewust had Cunningham één van de grootste hulpmiddelen voor sociale netwerking gecreëerd. Het was echter Wales’ visie - en de inzet van wat snel uitgroeide tot een globaal online vrijwilligersleger - dat het wikifenomeen op een hoger niveau bracht.

De aangeboden kans om eigen ‘inhoud’ te creëren via een methode die zo gemakkelijk en prettig te gebruiken was, maakte dat er snel een grote gemeenschap groeide rond de wikipedia-site. Binnen een kort tijdsbestek werden eerst duizenden, toen tienduizenden en dan letterlijk honderdduizenden artikels, foto’s, illustraties, kaarten en andere middelen van online kennisoverdracht bijeengebracht, aangepast, verbeterd en uiteindelijk gepubliceerd. Volgens de eigen statistieken van de beweging, zijn er 3.800 hardcore gebruikers die meer dan 100 artikels per maand schrijven, aanpassen en publiceren, en nog eens 18.000 die er minstens vijf maken.


De eerste Wikipedia waren Engels en Duits maar ze werden vlug gevolgd door het Frans, het Italiaans, het Spaans, het Japans, het Chinees, het Arabisch, het Esperanto, het Nederlands, en zelfs het Ido (de taal die in 1907 door de Communistische Internationale voorgesteld werd als internationale communicatietaal)... Momenteel is wikipedia in bijna 200 talen beschikbaar.

Het doel is "tegen 2015 elke taal in de wereld te voorzien die door minstens één miljoen mensen wordt gesproken". In de Engelse versie staan er nu 680.000 artikels, in het Duits meer dan 270.000, 147.000 in het Frans, 26.000 in het Esperanto, 3380 in het Latijn en 85.000 in het Nederlands.
Maar daar hield het niet mee op.

Als de wikis konden gebruikt worden om een referentiewerk van uitstekende kwaliteit zoals een encyclopedie op te zetten kon de volgende stap niet anders zijn dan een online woordenboek en een thesaurus kunnen zijn, Wiktionary.
Of waarom niet Wikiquote, een uitgebreide verzameling gedetailleerde spreekwoorden, citaten van mensen en uit boeken. Al vlug werden nieuwe wikis voorgesteld. Misschien konden wikis helpen de crisis in de journalistiek oplossen door burgers toe te laten hun eigen nieuws te melden. Wikinews werd opgezet. Anderen zagen dan weer brood in Wikibooks - “een gemeenschapsproject met als doel de mensheid kosteloze open content leerboeken en ander lesmateriaal ter beschikking te stellen” - Wikispecies - “Wikispecies wil een open en vrije samenvatting van alle soorten levende wezens zijn” of Wikimedia Commons - “een centrale opslag van vrij te gebruiken afbeeldingen, muziek, geluid en video“.

Al deze projecten zijn nu beschikbaar via de Stichting Wikimedia, een wat men in het Vlaams VZW zou noemen, waarvan het doel het bevorderen van vrije educatieve inhoud is dat kosteloos ter beschikking gesteld wordt van het publiek.
En de ideeën blijven borrelen. Projecten waar over nagedacht wordt zijn bijvoorbeeld een online atlas die door het publiek in kaart wordt gebracht; een verzamelplaats voor klassieke muziek die door studentenorkesten moet worden uitgevoerd; een fileformaat dat moet wedijveren met het machtige MP3; een online leerplan voor alle leeftijden van de kleuterschool tot aan de universiteit; een archief van foto’s van schilderijen van de oude meesters. Kortom Wikipedia moet zijn vleugels over veel meer vormen van cultuur uitspreiden. En misschien zou een Wikistitution ook niet misstaan om een betere Grondwet voor Europa te schrijven?

Hoewel wikipedianen zaken doen en plat winstbejag bleven negeren, kon de ‘business’ niet blind blijven voor wat er gaande was. Tenslotte klom de wikipedia-site met zijn 13 miljoen dagelijkse bezoekers toch op tot in de top-50 van de meest bezochte websites ter wereld.
Zoekopdrachten via Google verwezen elke dag steeds meer mensen naar Wikipedia, waardoor een virtuele groep van nieuwkomers, allen op zoek naar antwoorden, ontstond. Velen ervan kwamen, toen ze zagen dat het even gemakkelijk was om te creëren als te consumeren, de groep medewerkers versterken. Aangezien iedereen de inhoud op de wikipagina’s niet alleen kan opzetten en wijzigen, maar ook opnieuw verder kan verdelen begonnen honderden andere websites - waaronder uiteraard ook commerciële ondernemingen - op verschillende manieren gebruik te maken van wikipedia.

Answers.com bijvoorbeeld, biedt tussen een verscheidenheid aan informatiediensten ook een directe verbinding naar wiki-inhoud. Robert Rosenschein, de CEO van het bedrijf is een groot verdediger van het project. Hij was dan ook aanwezig op Wikimania als sponsor (net zoals Sun Computers en andere commerciële bedrijven trouwens) als een gebaar dat zou moeten begrepen worden als "iets teruggeven aan de gemeenschap".


Ondanks zijn potentiële commerciële toepassingen, blijft de wikipedia-beweging, tot nog toe tenminste, standvastig in zijn weigering om het even welk aspect van hun doen te verzilveren. Er is momenteel slechts één betaalde kracht, de chef van het ontwikkelingsteam. Met weinig overheadkosten blijven de uitgaven laag - ongeveer 160.000 Euro per kwartaal voor de hardware, zoals de servers om, zelfs wanneer er steeds groeiend verkeer is, constant hoge prestaties te handhaven. De grootste bron van inkomsten blijven kleine privé-schenkingen - een recente actie om op drie maand 60.000 Euro te verzamelen werd al na twee maanden stopgezet omdat de opbrengst de 76.000 Euro reeds had overschreden.
De site blijft reclamevrij - zelfs van de anders alomtegenwoordige Google advertenties. Te oordelen naar het verkeer op de site zou reclame anders zeker honderdduizenden Euro’s per maand kunnen opbrengen. Soms komen wat toelagen binnen - het ‘Open Society Institute’ betaalde de kosten om een dozijn wikipedianen uit het Zuiden naar Frankfurt te halen en de ’Marc Andreesen Foundation’ van de oprichter van Netscape schonk ongevraagd $50.000. Maar er is nog steeds geen beheerder van de wikitoelagen, en het is mogelijk dat er nooit één zal zijn.

De zuiverheid van het concept is wat wikipedia op een ongelooflijk korte periode tot een overweldigend succes heeft gemaakt. Omdat er geen geld mee gemoeid is, is het niveau van vertrouwen en het gemeenschapgevoel ongewoon groot. Dat vertrouwen - samen met de kernwaarde van het ‘neutraal standpunt’ waar wikipedianen op hameren bij hun methode van publiceren - is tot zover een afdoende verdediging gebleken tegen om het even welke corrosie of corruptie van hun waarden.
Maar zegt U, uiteindelijk verandert geld toch alles. Misschien wel. Hoewel de reclamewereld wikipedia het hof maakt waren zowel stichter Jimbo Wales als de overgrote meerderheid van de deelnemers aan ‘Wikimania’ radicaal tegen. Kunnen de doelstellingen van de beweging toch niet beter en sneller bereikt worden door een paar miljoen Euros in toelagen van de Europese Gemeenschap of van de Ford Foundation te aanvaarden? Of zou om het even welke injectie van geld onvermijdelijk leiden tot een onbehoorlijke beïnvloeding van de inhoud, waarbij het ‘neutraal standpunt’ en de vertrouwensrelatie binnen de kern van de wikipedianen in opspraak komen?

Tijdens de slotzitting werd het onderwerp aan de Stichting Wikimedia voorgelegd: "Kunnen de doelstellingen van de gemeenschap op één of andere manier door het maken en daarna het besteden van geld worden bevorderd?"
Kapor, de Voorzitter van de Stichting Mozilla die onlangs een commerciële dochteronderneming opzette om het succes van zijn eigen fenomeen (de vrije browser FireFox, die reeds 75 miljoen downloads kende) te verzilveren, antwoordde op deze essentiële vraag: "Dit zijn de goede oude dagen voor Wikipedia. Ik ben akkoord dat geld voor de wiki-gemeenschap geen spirituele betekenis heeft - tenminste tot nog toe”.

Ondertussen blijft de wikimanier van doen zich verder over de wereld verspreiden. Wiki is het meest sexy ding in de informatietechnologie sinds de komst van de blogs. Het is nu enkel wachten op de, voorspelde (maar door velen ook gevreesde), komende fusie van blogs en wikis.